De betaalbare, conceptuele conceptwoning
Een betaalbare conceptwoning ontwikkelen is voor veel organisaties al een opgave op zich. Bij het NCB kijken we echter alweer een stap verder: de betaalbare conceptwoning, circulair gebouwd. Hoe realiseren we betaalbare duurzaamheid voor iedereen en hoe gaan we dat met elkaar bereiken? Vanuit de City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen, het programma Versnelling Woningbouw van de Provincie Utrecht én vanuit conceptbouwer Dura Vermeer worden praktische lessen gedeeld.
Voor de themasessie ‘Circulair Bouwen’ zijn we te gast bij Dura Vermeer in Utrecht. De opkomst en de daarbij horende interactie laat zien dat circulariteit hot topic is. Waar moeten we ons aan gaan houden? Hoe moeten we circulariteit integraal afwegen? De sprekers en de aanwezigen zijn het in ieder geval over één ding roerend met elkaar eens: we moeten als aanbieder én afnemer dezelfde taal gaan spreken.
Het Nieuwe Normaal
“We hoeven de cijfers over de stand van het klimaat niet erbij te pakken om te onderschrijven dat circulair bouwen bittere noodzaak is”, start Gertjan de Werk van de City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen.
“We moeten radicaal anders gaan bouwen. Het Nieuwe Normaal (HNN) is een nieuwe, gedragen standaard met haalbare én ambitieuze prestaties op
circulair bouwen. Hiermee maken we werk van één taal voor circulair bouwen. Op 7 dec wordt versie 1.0 gelanceerd en het is nu al mogelijk voor organisaties om het manifest te ondertekenen.
Gertjan de Werk
HNN is essentieel voor aanbieder en afnemer als we weten wat we willen uitvragen, hoe we dat doen en wat er wordt opgeleverd. Kijk, conceptueel bouwen is geen verrassing meer. Maar als je woningbouw wilt versnellen én circulair wilt bouwen, dan moet je die werelden bij elkaar brengen met gelijke ambities: gezond en gelukkig wonen.”
Woningconcepten en hun prestaties
Om te kijken hoe mooi en gevarieerd industrieel gebouwde woningen al zijn en hoe goed ze presteren op ‘Het Nieuwe Normaal’ is onlangs een veelbesproken brochure (PDF) uitgebracht over Woningconcepten en hun Prestaties. De concepten zijn getoetst op vragen als; wat is de MPG en het aandeel biobased? Wat voor materialen gebruiken ze overwegend? Zijn ze herbruikbaar en losmaakbaar? Wat is de BENG1, 2 en 3 prestatie en wat kost de woning ongeveer? Gertjan: “Opdrachtgevers zien nu dat conceptueel bouwen heel tof kan zijn en dat er veel keuze is. Je kunt gewoon naar een aanbieder stappen en aangeven: doe maar dit. Daar moet je als corporatie toch enthousiast van worden. Het overzicht van de prestaties levert transparantie op en een goede benchmark. Het heeft als inzicht opgeleverd dat de benodigde MPG al wordt behaald en dat industriële woonconcepten veel beter presteren. Ook op losmaakbaarheid. Dat draagt allemaal bij aan een circulaire economie.”
Afspraken in Woondeals
In de Woondeals zijn belangrijke ‘duurzame’ afspraken gemaakt voor de bouw van al die woningen. Zo moet in 2030 minimaal 50% industrieel of circulair gebouwd worden. Er moet ingezet worden op het verbeteren van de milieuprestatie tot minimaal een MPG van 0,5. Marktpartijen committeren zich aan BENG 3 en moeten zich inspannen om het gebruik van hernieuwbare (biobased) bouwmaterialen te verhogen naar 30% in 2025 en 50% in 2030. HNN wordt als gemeenschappelijke taal gehanteerd en aanpasbaarheid en flexibiliteit van de woningen wordt belangrijker. Als laatste worden de afspraken over klimaatadaptief en natuurinclusief (ver)bouwen uit het Convenant Duurzame Woningbouw (PDF) toegepast. Gertjan: “Voor degene die nog denkt dat circulariteit nog iets van de toekomst is, heeft het dus flink mis. Er is werk aan de winkel voor ons allemaal. Ga je aan de slag? Het Rijk biedt HNN evaluaties aan.”
Wat kun je doen?
Gertjan sluit af met een vijftal tips om in de praktijk een breder draagvlak te creëren voor circulair bouwen: 1. Stop met wijzen en ga zonder kaarten op de borst het gesprek aan. Verwijs naar de woondeals, want daar staan de afspraken.
2. Laat je woningconcept doorrekenen en plaats het op de Conceptenboulevard van het NCB. De indicatoren van HNN zijn hier al geïntegreerd.
3. Denk na over ‘hoe dan wel’ en geef niet te snel op.
4. Spreek brancheorganisatie aan. Zij moeten ook aan de bak!
5. Haak aan bij de beweging die zich hard maakt voor circulair bouwen en maak de beweging belangrijker dan jezelf.
Convenant Toekomstbestendige Woningbouw
Marrit van der Schaar, projectleider Versnelling Woningbouw bij de Provincie Utrecht, gaat dieper in op het Convenant Toekomstbestendig Bouwen (PDF) dat inmiddels is ondertekend door meer dan 110 partijen. Het idee erachter? Een gelijk speelveld maken voor de markt. In het convenant wordt een integrale benadering nagestreefd door zes thema’s te benoemen: energie, circulair bouwen, natuurinclusief en klimaatadaptief bouwen, gezonde leefomgeving en duurzame mobiliteit. “Voor conceptuele bouw geeft het convenant houvast voor wat er in de toekomst verwacht kan worden. Het is niet alleen om de indicatoren en normen aan te geven maar ook om een procesverandering op gang te brengen. Door vooraan in het proces de juiste afwegingen te maken, stuit je later niet op de stapeling van ambities en meerkosten. Daarmee kun je dus sneller, duurzamer en goedkoper bouwen.”
Marrit van der Schaar
Marrit geeft aan dat er afspraken gemaakt zijn over normen die marktconform zijn. “De standaard ligt hoger dan het bouwbesluit, maar we hebben geen nieuwe indicatoren verzonnen. We volgen HNN. Maak als aanbieder en afnemer integrale afwegingen en spreek het maximaal haalbare af. Waar kun je in excelleren? Kies een punt uit de taart, niet de hele taart. Het convenant is een soort herenakkoord dat ernaar streeft om aan het beste te voldoen. Het is een poging om er een lijn in te krijgen. Als iedereen z’n wensen en methoden blijft houden, dan blijven we appels met peren vergelijken. Dit zorgt voor een betere voorspelbaarheid in de markt.”
Van ‘eigen tooltje’ naar gemeenschappelijke taal
Wat uitvragers moeten doen? “Van duurzaamheid hygiëne maken”, vervolgt Marrit. “Het is ondoenlijk om alle ontwikkelaars met eigen tooltjes te laten komen. Er moet, platgezegd, minder ruimte komen om er een eigen verhaal van te maken. Met het convenant pleiten we voor landelijke standaardisatie. Een gemeenschappelijke taal. Dat we de concepten kunnen afstemmen op een integrale set met ambities met de juiste indicatoren. Als dat regelgeving wordt, dan zijn we de vrijblijvendheid voorbij. Dat betekent dan niet meer ‘scoren op duurzaamheid’, maar volgens de maatstaven doen wat nodig is.”
Verhaal van de plek
Olga Görts – Van de Pas voegt toe dat de focus van afnemers zou moeten liggen op de ontwikkeling van het gebied en de daarbij horende opdrachtgevende kwaliteiten.
“Zorg dat corporaties met gemeenten, huurders en andere belanghebbenden naast de prestatie-eisen van de woning, ook de prestatie-eisen van de locatie goed op orde hebben. Wij noemen dat ‘Het Verhaal van de Plek’. Zij moeten vooral nadenken over de volkshuisvestelijke kaders, de stedenbouwkundige structuur en het beeldkwaliteitsplan. Welke ruimtelijke kwaliteit wordt nagestreefd? Hoe creëren we een gezonde woonomgeving? Ga als afnemer nou niet iedere keer opnieuw die woning ontwikkelen. Dat is al lang gedaan. En nog veel beter ook.
De toekomst begint vandaag
Bij Dura Vermeer is al een strategische keuze gemaakt: ‘Op naar Net Zero’. Roos van Empel van NCB gaat met Ahmed Assad, manager Conceptmatige Woningbouw, in gesprek over keiharde ambities. “Alles wat we nu doen telt op naar 0 co2-uitstoot”, vertelt Ahmed. “Als we dat voor elkaar willen krijgen, moeten we onder andere als Dura Vermeer een circulaire woonconcept ontwikkelen. Om het beleid te behartigen lanceren we binnenkort een nieuwe circulaire conceptlijn: Aer.
Ahmed Assad en Roos van Empel-Smeets
Niet nieuw, maar anders
“Conceptueel bouwen is voor jullie toch niet nieuw?”, vraagt Roos. “Allerminst”, zegt Ahmed. “Alle kennis en kunde is aanwezig en we hebben al duizenden woningen opgeleverd en veel lessen geleerd. Het interne proces, dat is waar we echter wel kansen zien, omdat we landelijk actief zijn en dat over vier verschillende vestingen, hebben we gezegd dat we met conceptueel bouwen landelijk gaan optrekken. We gaan nu naar een landelijk concept met een eenduidig beleid en een duidelijke taal voor heel Dura Vermeer. Daar ben ik ontzettend trots op. We bouwen nu ongeveer 45% conceptueel en willen naar meer dan 75%. Het verder standaardiseren en doorvoeren binnen alle afzonderlijke werkmaatschappijen is dan noodzakelijk. Het gaat niet alleen om KPI’s, maar ook om iedereen in dezelfde mindset te krijgen. Dat is een mooie opgave. Betaalbare duurzaamheid gaat over dat mensen met een kleinere portemonnee ook toegang moeten krijgen tot gezonde, circulaire woonconcepten. Het is dan wel van belang dat je de restwaarde kunt kapitaliseren en het mogelijk maakt, met bijvoorbeeld terugkoopgarantie, om door te voeren in de exploitatie.”
Uit de zaal komt de vraag of Ahmed betaalbaar gaat bouwen door te repeteren of door de keten te integreren. “Het is een combinatie van beiden. Ja, we moeten collectief inkopen en de keten verkorten, maar we hebben ook andere toeleveranciers nodig én we moeten onze eigen processen onder de loep nemen. Zo kunnen we gezond concurreren en behouden we een goed verdienmodel. Repeteren is daarentegen meer een procesoptimalisatie. Daar komen we heel ver mee, maar met alleen repeteren gaan we de wedstrijd niet winnen. Opschalen naar biobased bouwen betekent een verandering in cultuur en gedrag. Ook al willen we heel snel, het is beter om iedereen in dezelfde ambitiemodus te krijgen. Dat gaan we onder andere met Aer bewerkstelligen.”
Download de presentaties:
Tekst: Redactiegasten
Foto's: Ingrid van Heuven van Staereling - DuraVermeer
댓글